Home Nieuws ‘Durf het ongemak in de ogen te kijken’

‘Durf het ongemak in de ogen te kijken’

Foto van Nicolien Vrisou van Eck, Monique Wesly en Maria van der Heijden
Achtergrond

In gesprek met Maria van der Heijden, directeur-bestuurder van MVO-Nederland

Maria van der Heijden heeft een duidelijk doel voor ogen: de oude economie transformeren naar een nieuwe. 2025 is daarbij de streefdatum. Monique Wesly, manager communicatie & public affairs en Nicolien Vrisou van Eck, programmamanager, beiden van EBN, gaan met haar in gesprek. Over het tempo van de energietransitie, de rol van de overheid hierbij, ongemakken in de board en de houdbaarheidsdatum van een instelling als MVO Nederland.

Monique: “MVO Nederland wil een nieuwe, duurzame economie creëren. Dat gaat nog niet snel genoeg, zo vinden jullie ook. Wat doen jullie om dat tempo op te schroeven?”

“Onze strategie is dat we op vier manieren willen versnellen. In de eerste plaats door het onderwerp te agenderen en zichtbaar te maken. Dat doen we met behulp van de Nieuwe Economie Index (NEx), ofwel een index die de stand van duurzaamheid van de Nederlandse economie weergeeft. Daarnaast werken we met groepen bedrijven aan innovaties die nodig zijn om te verduurzamen. De derde manier van versnellen gaat om opschalen. Dat doen we door al onze opgedane kennis beschikbaar te stellen. En tot slot oefenen we invloed uit op de randvoorwaarden die nodig zijn om de Nederlandse economie duurzamer te krijgen. Denk aan wet- en regelgeving en het belastingsysteem. Zo vinden wij dat arbeid minder belast moet worden en vervuiling meer.”

Monique: “Jullie streven ook naar een NEx van 20% in 2025. Waarom juist 20%?”

“Met dat percentage laat je zien dat het land het systeem van de economie écht kan veranderen. Wet- en regelgeving veranderen pas na die 20%, zo heeft de geschiedenis uitgewezen. Dat is een omslagpunt.”

Nicolien: “Er moet nog heel wat gebeuren om die 20% te halen in 2025. Momenteel staat de NEx op 15,4%. Hoe kijken jullie leden hier tegenaan?”

“Die hebben er last van dat het zo traag gaat. Veel ondernemers willen namelijk wel, maar moeten vaak tegen de stroom in roeien. De regelgeving zit hen dwars en is bepaald niet stimulerend. Wat dat betreft is de overheid nu aan zet. Die moet ook voor mkb’ers duurzaam ondernemen makkelijker maken en zorgen dat dat wordt beloond. Bijvoorbeeld door schoon produceren minder te belasten.”

Monique: “Onlangs bleek dat het Urgenda-vonnis uit 2015 niet wordt nageleefd. De overheid haalt nog steeds niet de vereiste 25% minder CO₂-uitstoot dan in 1990. Hebben we rechterlijke uitspraken nodig om ons bij de les te houden?”

“Kennelijk. Zaken komen vaak bij de rechter terecht omdat bedrijven zich niet aan de regels houden. Laten we wel zijn, geen enkele CEO wil met zijn bedrijf de wereld verzieken. Maar er ligt inmiddels wel bij een aantal bedrijven claims vanwege vervuiling en overlast. De juridische implicaties zijn enorm. En dan kun je wel zeggen dat dit allemaal ontstaan is een tijd dat de context rondom milieuvervuiling heel anders was, maar de kennis erover is al dertig jaar bekend. We hebben de ogen ervoor gesloten. Daarom organiseren wij nu zelf een traject ‘Ongemak in de boardroom’. Hierin nodigen wij de steeds grijzer wordende CEO’s en toezichthouders uit om in gesprek te gaan over thema’s die gevoelig liggen. Thema’s die we liever nog even voor ons uitschuiven, bijvoorbeeld klimaat en duurzame transities. Samen gaan we dan aan de slag om zogenaamde Good Practices voor deze uitdagingen te ontwikkelen.”

Monique: “Welke dilemma’s kom je dan vooral tegen?”

“Dat zijn er vele. Bijvoorbeeld lange termijn versus korte termijn, stakeholders versus aandeelhouders, impact op profit versus impact op people and planet. Natuurlijk, de vraagstukken zijn ook echt complex. Er zijn geen eenduidige antwoorden, maar durf het ongemak in de ogen te kijken.”

Nicolien: “Welke rol speelt de overheid bij dit ongemak?”

“De overheid zou een wettelijke maatschappelijke zorgplicht kunnen invoeren voor bedrijven. Dan is het speelveld helder. Tata Steel zegt dat het zich aan de wet houdt. Dat zal. Maar de maatschappelijke norm ligt momenteel ver boven de wettelijke norm. Dat maakt het zo ingewikkeld. Die twee werelden moeten bij elkaar worden gebracht.”

Nicolien: “Is het verduurzamen van de economie te complex geworden?”

“Nee. Dat is het niet. Het vraagt vooral veel van ons adaptieve vermogen. En er moet urgentie zijn. Als corona ons iets heeft laten zien, dan is het wel hoe snel we als samenleving kunnen veranderen als het écht moet. Hoe schrijnend ook, nu de energieprijzen als gevolg van de oorlog in Oekraïne omhoogschieten, zijn de zonnepanelen en warmtepompen niet aan te slepen. Ineens wordt de versnelling ingezet omdat veel mensen een noodzaak voelen.”

Monique: “Hoe zorgen we ervoor dat we iederéén betrekken bij dit vraagstuk? Duurzaamheid moet niet alleen een feestje worden van de elite.”

“Klopt, dat is een reëel risico. Het zijn vooralsnog alleen de mensen met geld die zich een elektrische auto en een warmtepomp kunnen veroorloven. Zij hebben daardoor een lagere energierekening. De rest niet. Ook daar ligt een duidelijke taak voor de overheid, om ervoor te zorgen dat iedereen kan verduurzamen. Daarnaast moeten we ons focussen op gedragsverandering bij mensen. De technische kant van innovatie is wel op orde. Maar om te komen tot een nieuwe, duurzame economie hebben we vooral meer psychologen, sociologen en marketeers nodig.”

Monique: “Je zit hier sinds 2016. Wanneer heb je zelf genoeg impact gerealiseerd?”

“Als de nieuwe economie de economie is geworden. Ik zet in op 2025. Als dat zo is, dan zijn we niet meer nodig. Dan heffen we onszelf op.”

Monique: “Tot slot. Aan welk ongemak zou jij een ode willen brengen?”

“Aan het toestaan van het ongemak. Ik ben zelf nogal een doener. Ik onderneem graag actie zodra een probleem zich voordoet. Maar soms loont het om ruimte te geven aan verandering zonder dat je direct handelt. Dan ontstaan er betere inzichten. Zeker wanneer een vraag zo complex is en het ongemak zo groot, dat een oplossing niet direct voor de hand ligt. Laat de verwarring er dan vooral even zijn en handel niet overhaast.”