Wijziging Mijnbouwwet per 1 juli versnelt de inzet van aardwarmte
De Mijnbouwwet ondergaat in 2023 een aantal wijzigingen. Naast een gestroomlijnd vergunningstelsel voor aardwarmte (oftewel geothermie) wordt ook met ingang van 1 juli de verplichte deelname van Energie Beheer Nederland (EBN) in aardwarmteprojecten geregeld. Dit moet leiden tot meer en betere projecten. De wijziging versterkt ook de ontwikkeling en deling van kennis in de sector.
Het deelnemen in aardwarmteprojecten is één van de manieren waarop EBN bijdraagt aan de uitvoering van het klimaat- en energiebeleid op weg naar een klimaatneutraal Nederland in 2050. Herman Exalto, directeur business unit Warmtetransitie, geeft in dit achtergrondartikel antwoord op een aantal veelgestelde vragen rond de aanstaande verplichte deelname van EBN in aardwarmteprojecten.
Waarom wordt de Mijnbouwwet rond aardwarmte gewijzigd?
Herman: “Nederland zit midden in de warmtetransitie. Een geslaagde en duurzame warmtetransitie is in het belang van ons allemaal. Aardwarmte heeft de potentie om een belangrijke duurzame warmtebron van collectieve warmtenetten te worden. Om de inzet van aardwarmte te versnellen is het nodig om de kennisdeling in de sector te bevorderen. Hier speelt EBN na de wijziging van de Mijnbouwwet een nog stevigere rol in. Daarnaast stroomlijnt de wijziging het vergunningstelsel voor aardwarmteprojecten. Dit alles moet leiden tot een groei in de productie van aardwarmte in ons land naar minimaal 15 PJ in 2030.”
Wat is de verwachte impact van de verplichte deelname van EBN?
Herman: “EBN heeft al vijftig jaar ervaring met mijnbouwprojecten en publiek-private samenwerkingen. De kennis die dit heeft opgeleverd brengen wij straks in bij alle nieuwe aardwarmteprojecten. Omdat wij ons ook sterk richten op kennisontwikkeling gaat onze deelname de in ons land relatief jonge aardwarmtesector helpen zich nog sneller te professionaliseren. Daarnaast is EBN een publieke en financieel sterke projectpartner. Onze financiële daadkracht kan de financiële besluitvorming rond een geothermieproject versnellen. Dat wij een publiek bedrijf zijn draagt bij aan het vertrouwen van gemeenten en provincies in de robuustheid, veiligheid en continuïteit van aardwarmteprojecten.”
Wat houdt de verplichte deelname van EBN precies in?
Herman: “We worden bij deelname in een aardwarmteproject een zogeheten niet-uitvoerend partner. We nemen voor minimaal 20% financieel en risicodragend deel in alle activiteiten die samenhangen met de opsporing en winning van aardwarmte. Dat aandeel kan, uiteraard in overleg met de projectpartners, oplopen tot maximaal 40%. Deze percentages zijn vastgelegd in het Mijnbouwbesluit. Vanuit onze publieke opdracht en onze bestaande kennis van mijnbouwprojecten sturen wij als partner wel actief mee op zaken als duurzaamheid, de kwaliteit van het project, goed projectmanagement, toe te passen technieken en de veiligheid van het project. Deze vorm van deelname is de komende vijf jaar verplicht. Daarna volgt een evaluatie.”
EBN-deelname geeft gemeenten en provincies extra vertrouwen.
Herman Exalto
Business Unit Director Warmtetransitie - Energie Beheer NederlandVanaf welk moment neemt EBN deel en zijn er uitzonderingen?
Herman: “Vanaf 1 juli stapt EBN in een aardwarmteproject als aan de vergunninghouder een zoekgebied is toegewezen. Vanaf het moment van toewijzing is er een jaar de tijd om de EBN deelname aan het project samen met de projectpartners uit te werken in een overeenkomst. Een project kan het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat bij uitzondering wel vragen om af te zien van de verplichte EBN deelname. Dit verzoek moet worden onderbouwd en daarbij moet duidelijk worden gemaakt hoe bijvoorbeeld de kennisdeling met andere partijen in de sector eruit gaat zien.”
Kan EBN zelf deelname aan een project weigeren?
Herman: “Ja, maar ik verwacht dat zoiets zich weinig gaat voordoen. Het is immers in het belang van de warmtetransitie om dankzij de inzet van EBN aardwarmte te versnellen en meer projecten te realiseren. Willen wij toch van deelname afzien, dan moeten wij dit voorleggen aan de Minister van Economisch Zaken en Klimaat. Die neemt vervolgens een besluit over ons verzoek om niet deel te nemen. Daarbij wordt ook het aardwarmteproject zelf om een reactie gevraagd, want volgens de wet hebben zij recht op deelname van EBN om te kunnen profiteren van onze kennis en financiële slagkracht.
Wat voor zeggenschap krijgt EBN nu precies?
Herman: “EBN heeft bij bepaalde belangrijke besluiten een beslissende stem. Dit betekent dat EBN vóór het besluit moet stemmen. Voor sommige mensen is dit een heet hangijzer, merk ik. Die beslissende stem is een vangnet, want wij willen projecten niet tegenhouden maar juist ondersteunen en stimuleren. De vergunninghouder is en blijft verantwoordelijk voor zaken zoals het aanvragen van vergunningen, subsidies en activiteiten zoals aanleg en onderhoud. Wel geven we, net als de andere investerende partijen in het project, goedkeuring op de werkplannen, budgetten en materiële contracten. Vanuit de olie- en gasprojecten hebben we op deze aspecten veel kennis in huis. Op basis daarvan geven we feedback en sturing. Wij worden dus niet actief in de operationele projectontwikkeling en exploratie van een aardwarmteproject. “
Om aardwarmte te versnellen zijn ook collectieve warmtenetten nodig.
Herman Exalto
Business Unit Director Warmtetransitie - Energie Beheer NederlandWordt EBN-deelname ook verplicht in bestaande aardwarmteprojecten?
Herman: “Voor bestaande aardwarmteprojecten verandert er qua deelname van EBN niets. Onze verplichte deelname gaat daar niet met terugwerkende kracht gelden. Wel kunnen deze projecten en gemeenten het een en ander gaan merken van de wijzigingen in het vergunningstelsel. Als bestaande projecten toch openstaan voor onze deelname om te profiteren van bijvoorbeeld onze kennis of op zoek zijn naar een investerende (publieke) partner met kennis van zaken, dan gaan wij vanzelfsprekend graag het gesprek aan.”
Is verplichte deelname van EBN de enige manier om aardwarmte te versnellen?
Herman: “Niet alleen, zo helpt hierbij ook het stroomlijnen van de vergunningen met specifiek aardwarmte in het achterhoofd. Daarnaast moeten we meer en meer gaan denken in integrale warmteketens van verschillende duurzame warmtebronnen met een collectief warmtenet. EBN wil ook hier graag een bijdrage aanleveren. Want zonder collectieve warmtenetten kun je de warmte van een aardwarmteproject niet kwijt. Dit vraagt van publieke en private partijen een nauwe samenwerking. Een publiek meerderheidsbelang in de netten, zoals Minister Jetten wil, is daarbij van belang voor de financiering van nieuwe netten en om het aanlegtempo omhoog te krijgen. Het is nu echt hoog tijd dat we gezamenlijk het zogeheten ‘collectief actieprobleem’ aanpakken. Kortom, mouwen opstropen en aan de slag.”
Disclaimer: aan dit artikel kunnen geen rechten worden ontleend.